Uitstel van oordeel over herstelwet en tijdelijke spaartaks

De Hoge Raad zal niet vóór augustus uitspraak doen over de herstelwet voor de belasting op sparen en beleggen, evenals de overbruggingsheffing in box 3. Deze aanpassingen zijn het gevolg van het ‘kerstarrest’ uit 2021, waarin de Hoge Raad de toenmalige vermogensrendementsheffing ongeldig verklaarde. Eerder aangekondigde uitspraken deze maand zijn uitgesteld.

Miljardentegenvaller

De uitspraak van de hoogste belastingrechter over deze hersteloperatie en de overbruggingsheffing zijn van belang. Als bezwaarmakers volledige compensatie krijgen op basis van werkelijk behaalde rendementen, kan dit de schatkist eenmalig €4 miljard kosten. Afhankelijk van het oordeel over de tijdelijke belasting, dreigt een terugkerende tegenvaller van enkele miljarden euro’s.

De reden voor het uitstel van de uitspraak is niet bekend. Vorig jaar september concludeerde advocaat-generaal Peter Wattel dat de herstelwet niet in lijn was met het kerstarrest. Dit arrest oordeelde dat de toenmalige heffing in strijd was met het Europees recht vanwege overmatige gebaseerdheid op aannames, ofwel forfaits, dat schrijft het FD.

Onzekere tijden

Belastingadviseur Cor Overduin merkt op dat de Hoge Raad onder druk staat om tot een oordeel te komen. Lagere rechters moeten nu zelf beoordelen of de hersteloperatie strookt met het kerstarrest, omdat de uitspraak is uitgesteld. Overduin vertegenwoordigt belastingbetalers die in beroep gaan namens de Bond voor Belastingbetalers.

Er wordt minder geprocedeerd over de overbruggingsheffing, omdat de Belastingdienst definitieve aanslagen tijdelijk stopzet in afwachting van de uitspraak van de Hoge Raad. Dit zorgt voor langer onzekere tijden voor belastingbetalers met bijvoorbeeld aandelen en vastgoed.

Belastingplan 2026

Het uitstel van de uitspraak verbaast Overduin niet. In februari gaf advocaat-generaal Melvin Pauwels conclusies in vijf cassatiezaken. Vermoedelijk wil de Hoge Raad deze adviezen meenemen in een bredere uitspraak dan alleen op basis van Wattel’s conclusie.

Dit uitstel betekent dat nieuws over eventuele miljardentegenvallers voor de staat precies tijdens de begrotingsonderhandelingen van volgend jaar valt. Het ministerie van Financiën verwacht dat eventuele benodigde wetswijzigingen niet meer kunnen worden opgenomen in het Belastingplan 2025, en dat er een apart traject nodig zal zijn. Het ministerie hoopt dat de Hoge Raad ook duidelijkheid zal geven over de zaak van de niet-bezwaarmakers in augustus, wat mogelijk nog eens €4 miljard kan kosten.

Deadline van 2027

De behandeling van het wetsvoorstel voor de vernieuwing van box 3 per 1 januari 2027 staat los van dit uitstel. Komende maand bespreekt de Tweede Kamer met demissionair staatssecretaris Marnix van Rij of de behandeling voor de zomer kan beginnen, zelfs zonder nieuw kabinet. Anders komt de deadline van 2027 in gevaar, met een misgelopen bedrag voor de schatkist van circa €400 miljoen per jaar, en mogelijk meer als de Hoge Raad in het nadeel van de staat oordeelt, aldus het FD.

Wil jij het overzicht over alle belangrijke fiscale deadlines?