Verscheidene politieke partijen suggereren lastenverlichting voor vastgoedmaatschappijen en ontwikkelaars als een middel om de bouw van woningen te versnellen. GroenLinks-PvdA sprak zich uit tijdens de bespreking van de Volkshuisvestingsbegroting en drong aan op het schrappen van de winstbelasting voor vastgoedmaatschappijen. Het CDA en de ChristenUnie stelden een motie voor om te onderzoeken of een verminderd btw-tarief voor nieuwbouwwoningen haalbaar is.
Verlaging btw-tarief
Volgens de demissionaire minister de Jonge, moeten tot 2030 ongeveer 900.000 woningen in Nederland worden gebouwd om de tekorten op de woningmarkt aan te pakken. Jaarlijks moeten er meer dan 100.000 nieuwe woningen worden bijgebouwd, terwijl vorig jaar ongeveer 90.000 woningen werden opgeleverd. Hoewel dit aantal hoger is dan voorgaande jaren, is het nog steeds ontoereikend. Voor het komende jaar wordt zelfs verwacht dat er minder in plaats van meer woningen zullen worden gebouwd.
Gezien de dringende noodzaak pleit CDA-Kamerlid Inge van Dijk voor een onderzoek naar het verlagen van het btw-tarief voor nieuwbouw naar 9%. Dit zou volgens haar een eenvoudigere en breder toepasbare oplossing zijn dan de diverse subsidieprogramma’s en stimuleringsmaatregelen, elk met hun eigen specifieke doelen en administratieve procedures. De minister heeft momenteel bijvoorbeeld €300 miljoen gereserveerd voor een startbouwimpuls, terwijl GroenLinks-PvdA en de ChristenUnie €175 miljoen toekennen aan een doorbouwgarantie.
Winstbelasting
Het onderzoek naar een verlaagd btw-tarief wordt opgenomen in een alomvattend interdepartementaal onderzoek (IBO) naar instrumenten ter bevordering van de woningbouw. De eerste resultaten van dit onderzoek worden eind dit jaar verwacht, rond de start van de formatie van een nieuw kabinet. Desalniettemin zal er een uitdaging zijn om de financiering van dit potentiële instrument te bepalen, aangezien het aanzienlijke kosten met zich meebrengt.
Het schrappen van de winstbelasting voor vastgoedmaatschappijen, zoals voorgesteld door GroenLinks-PvdA, SP en ChristenUnie, is eveneens een kostbare aangelegenheid. De koepelorganisatie Aedes meldde dat deze belasting dit jaar al €1,1 miljard bedraagt en tegen 2027 zal oplopen tot €1,5 miljard. Hoewel vastgoedmaatschappijen geen winstoogmerk hebben, zijn ze nog steeds onderworpen aan vennootschapsbelasting, wat betekent dat ze dit geld niet kunnen besteden aan nieuwbouw of duurzaamheidsinitiatieven.
Overdrachtsbelasting
Een doorbouwgarantie, waar een meerderheid in de Kamer om heeft gevraagd op initiatief van GroenLinks-PvdA en de ChristenUnie, wordt de komende maanden door minister De Jonge verder ontwikkeld. Ontwikkelaars kunnen naar verwachting volgend jaar gebruikmaken van dit instrument. Als het niet lukt om voldoende woningen in een project te verkopen, garandeert de staat de aankoop van deze woningen bij oplevering, zij het met een korting op de prijs, waardoor de bouw alvast van start kan gaan.
De vastgoedsector vraagt vooral om een verlaging van de overdrachtsbelasting, die inmiddels is gestegen tot 10,4% voor vastgoedbeleggers. Minister De Jonge noemt dit tarief ongevraagd ‘echt te hoog’ in een internationaal perspectief en beschouwt het als een struikelblok. Hij doet een beroep op de partijen in de Kamer om dit te overwegen bij toekomstige formatiebesprekingen.
The post Den Haag kijkt naar fiscale prikkels woningbouw appeared first on Nextens.